De vredeseed
Deze tekst werd uitgesproken als vredeseed na een verzoening tussen twee strijdende partijen.
Gelezen door Han Nijdam, vertaling Oebele Vries
Soe i thisse lioden, ther i alheer under ede ladeth zijn um her N daedbannede, ende alla da jenne, ther i hana, willeth halda mit festa trouwen ende een fulle ende festen ferde alanch ende alderlang ende alsoe langhe, soe di wynd fan dae ulkenum wayth ende ghers groyt ende baem bloyt ende dyo sonne optijocht ende dyo wrald steed; dat i dat ne lete um mannis rede, om frouwen sponste ner um ju selvis tochta ner om nene seckum, ther joe framia jef scadia moghe.
Thet joe God alsoe helpe.
(Zweert) dat u deze lieden, die hier (ter wille van) u vanwege de doodslagsklacht van heer N. [het slachtoffer] zijn gedagvaard om de eed af te leggen, en al degenen die u aanklaagt, onverbrekelijk trouw (wilt zijn) en (met hen) een volle en vaste vrede wilt houden, eeuwig en altijd en zolang de wind van de wolken waait en het gras groeit en de boom bloeit en de zon opgaat en de wereld bestaat; dat u dat niet nalaat op aanraden van een man, door verleiding door een vrouw of op grond van uw eigen overweging of om enigerlei zaak die u tot voordeel of tot schade kan strekken.
Dat u God alzo mag helpen.