Schoonmoeders
De dichter van de Roman van de Roos, een Middelnederlandse vertaling van de Oudfranse liefdesallegorie Roman de la Rose, wist een hartig woordje mee te spreken over het onderwerp ‘schoonmoeders’.
Gelezen door Frank Willaert
Nu segt mi dies ic u vrage:
Die cleder, die gi in Sondage
Daedt ane, doe gi ten danse ginct,
Van wien waest dat gise ontfinct?
Van mi, bi Gode, en quamense u nie!
Gi seit mi dat u gaf die
U moeder, ende swoeret sere
Bi Gode, onsen Lieve Here,
Dat sise u gaf, omdat si woude
Dat ic mijn gelt sparen soude.
Maer dit is al logene ende sagen.
Bi miere sielen, ic sals vragen.
Maer wat soude mi helpen dat?
U moeder, die quene, die Godsat
Hebben moete op hare lede,
Heeft met u ter meneger stede
Geweest, si souts lien al.
God die geve haer ongeval!
Die quade, oude, verleide pute,
Die u so dickent geleit heeft ute
In pelegrijnmaedsen, in bedevart,
Si wilt u houden na haren art
Ende leren u van haren spele
Dies si heeft geplogen vele
Ende nu moet altemale vergeten.
Menich hont so heeft gebeten
An haren staf in menichen dorp,
Maer nu laetse u den worp
Ende leid u over al te stiere.
Verbernen moetse in quaden viere,
Datse hier comt so dicke ende geet.
Nuwe bedevart si menichge weet.
Ic weet algader hare covine:
Si pijnt hare makereel te sine.
Omdat soere selve nine doech toe,
Soe houtse u geparert alsoe
Gelijc den orse op den stal,
Om datment vercopen sal.
Aldus vercoepse u uwen putier.
Helpe, hoe magic langer hier
In dusdane scande geduren,
Inne slae u doet nu ter uren?
Geef me nu eens antwoord op mijn vraag:
die kleren, die jij zondag aantrok
toen je uit dansen ging,
van wie heb je die eigenlijk gekregen?
Van mij, bij God, kreeg je ze niet!
Je zei me dat je ze van je moeder
had gekregen, je hebt het zelfs gezworen
bij God, onze Lieve Heer,
dat zij ze je gegeven heeft, omdat ze wilde
dat ik mijn geld zou sparen.
Maar dat zijn leugens en kletspraatjes.
Bij mijn ziel, ik zal het haar vragen.
Maar wat schiet ik daar mee op?
Jouw moeder, dat ouwe wijf, vervloekt
moge ze zijn in ieder opzicht,
is overal in je gezelschap geweest,
ze zou alles toegeven.
Moge God haar in het ongeluk storten!
Die slechte, oude, onaangename hoer
die jou zo vaak heeft meegenomen
op haar pelgrimages en bedevaarten,
wil jou naar haar hand zetten
en jou alle streken leren die
zij zelf zo vaak heeft uitgehaald
en die ze nu achterwege moet laten.
Menige hond heeft al her en der
in haar stok gebeten,
maar nu laat ze de vangst aan jou over
en verkoopt ze jou aan wie maar wil.
Branden moet ze, in een hevig vuur,
dat ze hier de deur zo plat loopt.
Ze weet steeds weer nieuwe bedevaarten.
Ik ken al haar praktijken:
ze slooft zich uit als koppelaarster.
Omdat ze zelf niks meer waard is,
houdt ze jou nu opgetut en opgetuigd
als een paard op stal,
met het doel dat te verkopen.
Precies zo verkoopt zij jou aan iedere losbandige.
Help, hoe kan ik deze schande
nog langer doorstaan
zonder jou ter plaatse dood te slaan?