Advocaten

Advocaten In de veertiende eeuw werd er een vervolg gemaakt op Van den vos Reynaerde. Daarin zet de 'titelheld' uiteen dat het in het recht niet gaat om gelijk hebben maar om gelijk krijgen, en hoe advocaten daartoe als de beste kunnen liegen.

Gelezen door Frits van Oostrom
Die die werelt wil hantieren
Ende een leugen wil vysieren
Ende op hair scoonste dan setten voort
Ende so bewympelen dair mense hoort
Mit doeken die hi dair om wijnt
Datmense voor die waerheit mynt,
Die en is sijn meyster niet ontlopen.
Can hise so subtilic knopen
Dat hi niet en stamert in sijn tael
Ende dan dat hi ghehoort is wael,
Neve, dese mach wonder maken.
Hy mach bont dragen ende scaerlaken
Int geestlic ende int wereltlic recht.
Hy wint wair hi vecht,
Nochtan en trect hi sweert noch knijf.
Wie de wereld naar zijn hand wil zetten
en het op een leugen wil aanleggen
en die leugen dan op zijn mooist wil presenteren
en hem voor zijn toehoorders zo omwikkelen
met doeken die hij eromheen windt,
opdat men deze leugen als de waarheid zal beminnen,
die heeft zijn lesje goed geleerd.
Als hij de leugen zo subtiel in elkaar kan zetten
dat hij niet over zijn woorden struikelt
en dat men dan goed naar hem luistert,
neef, zo iemand kan wonderbaarlijke zaken realiseren.
Hij zal bont dragen, en kleding van scharlaken,
voor het geestelijk en wereldlijk gerecht.
Hij overwint waar hij maar strijd levert,
en trekt toch nimmer zwaard of mes.